- Rikton BunchDeceased
- Real name : Comis
Aantal berichten : 83
IC posts : 56
Character sheet
Age: 20
Occupation: Traveler, Adventurer
Residence : Cois
The last scuttle
ma mei 21, 2018 2:21 pm
De woestijn van Valyria. De plek waar hij geboren was. Meteen vanaf het begin van zijn leven waren zijn omstandigheden moeilijk. De jaren volgden en zijn ouders waren niet veel hulp voor hem. Zelfstandigheid. Hij werd gedwongen om van jongs af aan alles zelf te kunnen doen. Maar hij zegevierde. Hij bleef in leven, en vocht zich door ieder gevecht heen. En toen verlieten zijn ouders hem zomaar. Helemaal alleen. Maar hij bleef knokken. Hij veranderde zijn naam, en maakte wat van zijn leven. Zijn leven. Zijn levensstijl was op z’n zachtsts gezegd vreemd. Onlogisch. Wellicht een tikkeltje gestoord. Maar het was zijn leven. En hij had een manier gevonden om die te leven zoals hij dat zelf wilde.
Een groot defect in Rikton’s leven, echter, eenzaamheid. Iedereen die hij ontmoette. Hij speelde met ze. Hij leerde ze kennen. Maar hij liet nooit zichzelf zien. En uiteindelijk duwde hij altijd iedereen weg. Nooit geleerd om lief te hebben. De man zou het gevoel niet eens herkennen als het hem overkwam. Toch deed het hem iedere keer weer opnieuw pijn. Alleen lopen. Hij had altijd gedacht dat de open horizon iets moois was. Ultieme vrijheid. Maar waar hij naar snakte.. was een plek waar hij zich thuis voelde. En mensen die om hem gaven. Het had anders gelopen als hij eens een knuffel had gehad. Zelfs dat gevoel kende hij niet.
Het was niet alsof hij niets had bereikt. Waar hij nu stond. Stil.. kijkend naar het zand onder zijn voeten. Hij had die kinderen hetzelfde lot bespaard. Geen ouder zou hun kinderen in de steek laten als hij er iets aan kon doen. Hij balde zijn vuist. Een traan liep over zijn wang. Een echte traan. Niet eentje die hij gebruikte om iemand anders het leven zuur te maken. Eentje die hij simpelweg niet kon inhouden. Zijn knieën voelden zwaar. Zijn hoofd voelde als een ongestemd orgel. En zijn longen voelden alsof ze langzaam afstierven. Hij wilde niet meer.
De deur, thuis op Cois, was niet op slot gedaan. Het huisje was vrij klein. Gelegen aan een straat genaamd Calle de Desecho. Nog net geen twee meter breed, was het huis. In de hoek rechts achter, stond zijn stoffige bed, waar hij bijna nooit sliep. Direct links van de deur stond een ton. Net naast zijn bed stond een stoel, met daarop zijn juten zak vol met alle schatten die hij had verzameld door de jaren heen. En uiteindelijk, stond er links van zijn bed een klein bureau. Normaal lagen alle papieren vol ongeordende gedachten, anekdotes en kaarten door elkaar op het bureau. Maar nu had hij nette stapeltjes gemaakt. Er lag een brief op het hoofdkussen van zijn bed.
“Aan wie het leest,
Mijn naam is Rikton Ohlin. Neem gerust een kijkje bij mij thuis. Neem wat je mee wilt nemen. Laat deze brief achter voor de volgende bezoeker.”
Met zijn telekinetische krachten trok hij zichzelf omhoog. De lucht in. Hoger en hoger. Het was bijna grappig. Zo hoog, maar hij voelde zich niet verheven. Het was een moment van keiharde zelfreflectie. Een verdrietig klein jongetje. Dat was wat hij was. Iemand die nooit had geleerd wat het nu was om echt te zijn. Alle kansen die hem aangereikt werden maakte hij kapot. Daar was hij goed in. Hij sloot zijn ogen en zuchtte. De lucht begon dun te worden. Lichte hoofdpijn. Misschien.. zou hij uitkomen in een nieuwe wereld. Dan kon hij daar opnieuw beginnen. Hij glimlachte. Dat zou hij fijn vinden. Een nieuwe kans. Wie weet wat voor mooie dingen hij dan zou kunnen doen. De hoofdpijn werd sterker. Ademen was lastig. Ineens zag hij het huisje waar hij in opgegroeid was voor zich. Een achtjarige versie van zichzelf, speelde bij de voordeur. Een klein houten bootje. Toen verloor hij bewustzijn. De ongeopende brief die hij voorheen altijd thuis had liggen, dwarrelde naar beneden.
[Closed]
- Loraelei SacradosMember
- Real name : Demi
Aantal berichten : 33
IC posts : 22
Character sheet
Age: 26
Occupation: Priestess of Sol
Residence : Sunfall, Rhoynar
Re: The last scuttle
zo mei 27, 2018 2:08 pm
my wings don't spread like they used to
but i wanna fly with you
until we hit the heavens
Zo nu en dan bracht Sol haar naar een andere plek. Niet zozeer op spirituele wijze, maar als priesteres werd het af en toe van haar gevraagd om mee uit te varen naar een andere locatie om het geloof daar te verkondigen. Nog steeds wist ze niet of ze er goed aan deed, of ze niet de hele tijd het woord van een valse godheid verspreidde, maar ze stelde alle voordelen ervan op prijs. Op zijn minst had ze nu een dak boven haar hoofd en dagelijks voedsel op haar bord. Maar boven alles was ze geen eigendom meer van een man die niets anders dan misbruik van haar wilde maken. Gelukkig was een groot woord, maar tevreden durfde ze zichzelf wel te noemen.
Nu paradeerde ze rond op Cois in het kenmerkende, uitbundige gewaad waar de Priests haar van voorzien hadden. Het voelde nog steeds niet geheel gepast, maar ze begon er aan te wennen. Tot aan zonsondergang deed ze wat er van haar gevraagd werd, al trok ze vlak voordat de zon onderging de stad in. Enkele jaren waren verstreken sinds ze de jonge man voor het laatst gezien had, maar ze was hem nog zeker niet vergeten. Onder de talloze klanten die ze had gehad, was hij blijven steken. Hij was immers de enige geweest die haar een helpende hand toe had willen reiken. Nu was ze hier, op het eiland waar hij woonde, en wilde ze hem toch nog even zien. Na wat rondgevraagd te hebben, wist ze uiteindelijk zijn huis te vinden. Ze klopte op de deur, verbaasd om te zien dat deze een stukje meegaf. Hij was open. Aarzelend gluurde ze naar binnen, zoekend naar het bekende gezicht. Het was een klein huisje en er leek niemand thuis te zijn. De laatste zonnestralen van de dag werden naar binnen geworpen en legden een warme gloed over de binnenkant van het huisje heen. Het zag er bijna knus uit. Haar ogen gleden over het meubilair, niet wetend of ze hier wel moest zijn. Het bed was stoffig, blijkbaar had er al een tijd niemand op geslapen. Ze wist dat hij veel rondreisde, dus heel veel zorgen maakte ze zich nog niet. Geruisloos liep ze naar het bureau, waar nette stapeltjes brieven en notities waren gecreëerd. Geordend was niet bepaald een woord dat ze met Rikton associeerde. Even voelde ze een bepaalde nieuwsgierigheid, maar het voelde niet goed om zomaar door zijn spullen te gaan zitten neuzen. Met een frons benaderde ze het bed toen ze een brief op het kussen zag liggen. Ze pakte de brief op en liet haar ogen over de regels gaan. De Priests of Sol leerden haar lezen en schrijven, al zat ze nog niet lang genoeg bij de orde om alles al te kunnen begrijpen. Het enige wat haar opviel, waren de twee hoofdletters die een naam impliceerden. Zijn naam. Met een brok in haar keel legde ze het stuk papier terug. Er was iets mis. De open deur, het ongebruikte bed, de brief. Ze begon zich misselijk te voelen terwijl ze naar de juten liep die op de stoel naast het bed stond. Al zijn schatten zaten erin. Voorwerpen waarvoor hij de hele wereld had rondgereisd. Dingen die je niet zomaar zou achterlaten, tenzij… Lore beet op haar onderlip om de tranen te verdringen. Hij was zeker impulsief genoeg om zoiets te doen. Een rillerige ademhaling verliet haar keel terwijl ze de zak doorzocht. Haar hand leek zijn eigen weg te vinden naar een juweel, dat ze vervolgens naar de oppervlakte haalde. Met haar vinger streek ze even over de edelsteen. Een donkere amberkleurige steen, imperfect maar prachtig om te zien. Zachtjes streek ze er overheen met haar vinger. “Thank you. For everything,” fluisterde ze zachtjes, terwijl ze een traan over haar wang voelde strijken. Hij had haar van dat eiland afgeholpen. Hij had haar leven gered. Nu wenste ze dat ze hetzelfde voor hem had kunnen doen.
Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum